This work is licensed under a Creative Commons Attribution 3.0 Unported License.
Oorsprong van astrologie
In Mesopotamie begon men de hemel te bestuderen. De tekens van de dierenriem en de loop van de planeten werden in kaart gebracht, nou ja… niet in op een kaart maar wel in spijkerschrift op kleitabletten. Men zag de planeten als voortekens, die de goden aan de mensen gaven om hen te helpen de toekomst te weten. Er werd een schat aan astronomische kennis ontwikkeld. Om een indruk te geven: uit meer dan 10 steden met astrologische scholen werd dagelijks aan de koning gerapporteerd wat er in de sterren te lezen was. In Egypte was men diepgaand bezig met de dierenriem en de dagelijkse draaiing van de aarde. Deze twee ontwikkelingen kwamen samen in de Hellenistische bloeiperiode (200 v Chr – 500 n Chr) en daaruit ontstond de Klassieke Astrologie met de vier basisconcepten: planeten, tekens, huizen en aspecten. Dit is nu nog steeds de ruggengraat van de huidige astrologie. Met het Christendom verdween astrologie min of meer, met de Renaissance kwam zij weer terug en na de Verlichting was astrologie zo goed als verdwenen uit de wetenschap en onze cultuur, totdat de Esoterische bewegingen (m.n. Theosofie) van begin vorige eeuw het vanuit hun spirituele kader herintroduceerden.
Moderne astrologie en de herontdekking van de klassieken
In de vorige eeuw is dus, met de opkomst van de psychologie en spiritualiteit, een ‘moderne’ astrologie ontstaan, de ‘psychologische astrologie’. Hierbij staan planeten en tekens voor archetypen, psychische drijfveren en energieen, zodat je in een horoscoop zou kunnen zien met welke archetypen en rollen jij resoneert. De psychologie van Freud, Jung en Assagioli zijn hier invloedrijk geweest met hun begrippen als het ego, het onbewuste en het super-ego, het collectief onbewuste, individualisatie en het Hoger Zelf. In de VS zijn daarop voorbordurend Richard Tarnas en James Hilman met de Archetypal Astrology daar nu de bekendste voortrekkers van.
Revival van Hellenistische astrologie
De laatste 30 jaar worden er steeds meer astrologische geschriften uit de oudheid vertaald. Astrologen realiseren zich meer en meer de waarde en schoonheid van van het oorspronkelijke systeem, wat we onderweg verloren hebben. Er is in astrologische kringen een beweging gaande terug naar de oorspronkelijke astrologische kennis en concepten, en de studie en toepassing daarvan. Kennis wordt bijgesteld en nieuwe kennis over de oude astrologie wordt ontdekt en uitgewerkt.